Geen stikstofverliezen ondanks extremen!
Publicatiedatum: 19-08-2021Op de juiste wijze omgaan met de bodem en op de juiste wijze bemest is de landbouw een essentieel onderdeel in het oplossen van het stikstof probleem, hoe? in dit nieuwsitem een tipje van de sluier...
De natuur kunnen we niet dwingen, mineralisatie blijft achter!
De zomer is al weer grotendeels voorbij en de eerste gewassen worden geoogst of zijn al geoogst. Nu komt het vervolg, want vanuit de bodem gezien is het seizoen nog lang niet afgelopen. We hebben de laatste weken kunnen constateren dat we, opnieuw, erg afhankelijk zijn van de weersomstandigheden.
In elke teelt werd dit duidelijk zichtbaar, o.a. in percelen die zo verzadigd zijn met water dat er verstikking en daardoor als het ware “verdroging” van gewassen voor komt, ziektes die in diverse teelten moeilijk onder controle te houden zijn, waardoor weer opbrengstderving ontstaat. Desalniettemin zijn er in bepaalde regio’s percelen die nog altijd droog zijn zoals we hebben geconstateerd met onze bodemmonstering.
Dit alles vraagt dus om een goed functionerende bodem en dit vraagt NU, in deze tijd van het jaar weer om actie om toekomstige weersextremen te kunnen weerstaan. Deze komende periode is bij uitstek geschikt om inzicht in de bodem te vergaren door bodemmonsters te nemen.
De (bodem)omstandigheden kunnen we sturen
Het inzicht en werken vanuit de verhoudingen leveren grote voordelen op. Hoe beter de verhoudingen aan het klei-humus complex (TEC), hoe weerbaarder de bodem. Deze weerbaarheid kent vele facetten, zoals waterdoorlatendheid (bij te nat weer), sponswerking (opslag water, bij droog weer), maar ook benutting van nutriënten en ziekten- en plaagweerbaarheid.
De Kinsey-Albrecht bodemmonsters van Soil Services Int. maken het evenwicht in de bodem zichtbaar. Dit evenwicht is de basis waarop het huis voor de biologie is gestoeld. Deze bodembiologie is cruciaal in de vruchtbaarheid en weerbaarheid van iedere bodem. Het samenspel van de bodemsamenstelling met haar bodembiologie heeft effect op de ziekte- en onkruiddruk en het dempen van de negatieve invloed van weersextremen op gewasgroei. Het optimaliseren van dit samenspel biedt mogelijkheden om de input aan nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen te beperken zoals blijkt uit proeven die in Nederland maar ook vooral internationaal gedaan zijn.
Een evenwichtige bodem voor efficiëntere (N) opname
Bodemverhoudingen spelen een belangrijke rol in de stikstofefficiëntie vanuit de bodem en de aangevoerde (kunst)mest. In de toekomst zal er steeds minder kunstmeststikstof ingezet mogen worden. Daar zijn wij ons al jaren op aan het voorbereiden. Eén van de belangrijke en zeer effectieve manieren daarvoor is om gebruik te maken van stikstofbindende bacteriën. William Albrecht deed hiernaar al onderzoek in het begin van vorige eeuw. De bodemanalyse die Soil Services gebruikt vindt zijn oorsprong in dit onderzoek en werd mede gevoed door onderzoek dat in Nederland uitgevoerd is.
Hierdoor werd de stikstofbindende bacterie, de Azotobacter, ontdekt in de Achterhoek door Martinus Willem Beijerinck. De verwijzingen naar dit Nederlandse onderzoek zijn terug te vinden in de boeken van Prof. Dr. William Albrecht en van deze kennis maken wij nu gebruik.
Het mooie van dit samenspel van bodemverhoudingen, biologie en efficiëntie is dat wij vandaag de dag werken met deze stikstofbindende bacterie die door Beijerinck in Nederland is ontdekt. Dat Healthy Soil dit samenspel met haar organische meststoffen tot een robuust systeem heeft weten te maken laten de resultaten in onderstaande tabel duidelijk zien. De gegevens zijn verkregen uit proeven die wij al gedurende 5 jaar uitvoeren in de veehouderij op grasland.
Wat blijkt is dat de benutting van de gegeven stikstof lang niet altijd optimaal verloopt. De tabel toont de som van de stikstofgift in snede 1 en 2, in kg werkzame stikstof uit mest en kunstmest. Vervolgens is de N-opname en de N-opname per kg werkzame N uit mest en kunstmest berekenend. De laatste twee regels geven de eiwitproductie per kg werkzame N totaal aan en de stikstofverliezen uit mest en kunstmest. We zien dat de Ferti N ofwel de stikstofbindende bacterie Azotobacter de hoogste eiwitproductie per kg werkzame N uit mest en kunstmest levert, met de laagste N verliezen, gevolgd door de N-xt meststoffen. De Power Basic en KAS laten de laagste eiwitproductie per kg N werkzaam uit mest en kunstmest zien die gepaard gaan met juist stikstof verliezen, ongeveer tweemaal hoger dan die bij de N-xt meststoffen.
Ferti-N en andere biostimulanten
De Ferti N is in staat deze hoge efficiëntie te halen dankzij het binden van stikstof (N2) uit de atmosfeer door de bacterie Azotobacter. De werking van N-xt meststoffen gaat heel goed samen met de bodembiologie en staat garant voor een hoge eiwitproductie per aangevoerde kg N met tevens lage stikstofverliezen (emissies) naar het milieu en dus lagere N uitspoeling en lagere bijdragen aan N depositie. Tevens draagt een dergelijke bemesting bij aan de gezondheid van de koe, een lagere ziektedruk, een beter ontwikkeld bodemleven, minder GBM input en dus een lagere ecologische voetafdruk. Het mes lijkt aan alle kanten te snijden, maar dat is ook niet zo gek als je de natuur haar werk laat doen volgens haar eigen natuurlijke processen.
Op de juiste wijze bemest is de landbouw dus een essentieel onderdeel in het oplossen van het stikstof probleem.
Wanneer u vragen heeft neem gerust contact op met één van ons. We staan u graag te woord en zoeken samen met u naar de meest efficiënte bemestingsstrategie, met respect voor ecologie en economie. Zie daarvoor onze eerdere nieuwsbrieven.
Lees hier het item waarom meerdere biostimulanten, zoals Ferti-N, een belangrijke rol gaan spelen in de toekomst, mits correct en op een natuurlijke manier toegepast.