Precisielandbouw voor beter eiwit met minder stikstof
Publicatiedatum: 15-06-2023Stel dat er vijf praktisch uitvoerbare stappen zouden zijn die inzicht geven in de variatie en mogelijkheden van uw bodem en die via een stappenplan uitzicht bieden op een betere kwaliteit van uw ruwvoer?
Nog een vraagje: Denkt u ook dat uw bodem tot meer in staat is en dat resultaten met minder input zou moeten kunnen?
Wij streven ernaar de antwoorden met bodem- en gewasdata uit ons onderzoek te onderbouwen. Dit proces, zult u begrijpen, is volop in beweging en we krijgen elk jaar meer en betere bodem- en gewasdata om aan te tonen dat een bodem inderdaad tot meer in staat is. Zolang U natuurlijk aan de juiste knoppen blijft draaien.
Dit is een eerste item gewijd aan praktijkdata die de puzzelstukjes langzaam bij elkaar brengen.
Vijf praktische stappen
Het toepassen van precisielandbouw is een belangrijk hedendaags hulpmiddel om met 'oude kennis' een fundering te leggen die vrijwel alle toekomstige problemen kan oplossen. Denk maar eens aan betere efficiëntie van input van mineralen en de verhoging van ruwvoer- en mestkwaliteit op het eigen bedrijf. Denk aan het feit dat onze data laten zien dat mest meer leeft en meer organische gebonden mineralen bevat (met lagere emissies tot gevolg), dat er meer koolstof wordt vastgehouden in de bodem (CO2 vastlegging). Dit alles leidt tot een hogere vee-, maar ook mensgezondheid.
Alles begint op een bepaald punt te werken en dus hangt alles met elkaar samen. Ons management zou altijd vanuit dit principe moeten uitgaan. Het start dus bij uw bodem.
Om met de complexe materie van bodemprocessen zo praktisch mogelijk om te gaan hebben we het geheel in vijf stukjes gehakt.
1) Bodemvariatie van de percelen in beeld brengen
Dit is een hele belangrijk eerste stap omdat we in de afgelopen jaren heel duidelijk hebben waargenomen (en met ons vele boeren) dat geen één perceel homogeen is. Juist dát gegeven vormt de grote uitdaging voor de toekomst, om vanuit deze kennis tot betere resultaten te komen.
De bodemvariatie in uw perceel leggen wij vast met behulp van een bodemscanner die op een zeer groot aantal punten in uw perceel de geleidbaarheid (EC) meet. Deze geleidbaarheid is een maat voor de bodemvruchtbaarheid. Eenmaal deze variatie in beeld gebracht dan geeft dit al zeer veel informatie over allerlei aspecten van uw perceel:
Zo kan je jezelf via een mobiele telefoon en/of tablet live over de verschilende EC-zones van een bodemscan zien lopen en écht de verschillen in vegetatie, (on)kruiden en gewasgroei gaan herkennen. Soms zijn de verschillen al bekend maar heel vaak ook niet en worden we ons er dan pas van bewust.
Stel jezelf altijd de vraag: "waarom gebeurt dit hier en waarom groeit dit (on)kruidje hier?".
Dat we verschillen zien laat bovenstaande foto goed zien. Elk gebied met eenzelfde geleidbaarheid heeft een eigen kleur. Elk perceel (of combinatie van percelen*) verdelen we in 4 EC-zones, waarbij de donkerblauwe zone de laagste geleidbaarheid en de rode EC-zone de hoogste geleidbaarheid vertegenwoordigt. Tussen elke EC-zone zitten namelijk verschillende verhoudingen van mineralen en die zie je vaak terugkomen in de verschillende vegetatie. Deze bodemdata zijn dan ook een belangrijke tweede stap.
*) deze combinatie van percelen noemen wij 'superpercelen' en zijn aaneengesloten percelen die als één blok gescand kunnen worden (vraag ons gerust naar de mogelijkheden op uw bedrijf)
2) De juiste bodemdata per zone in beeld brengen
Nu we de variatie van het perceel weten is het belangrijk om de vier EC-zones op nauwkeurig bepaalde locaties te gaan bemonsteren om zo de juiste, werkbare bodemdata te verkrijgen. We kunnen in deze tweede stap al snel een verkeerde richting kiezen waardoor het gewenste eindresultaat uitblijft. Hier komt het belang van de juiste bemonster- en analysetechniek om de hoek kijken.
Voor deze tweede stap heeft Healthy Soil jarenlang onderzoek gedaan om te weten dat de gemeten variatie overeenkomt met hetgeen we in werkelijkheid zien en dus, dat de betreffende actieve bodemprocessen deze zichtbare effecten weergeven. Dit geeft ons veel handvatten om dan ook naar een optimale situatie te werken.
Zo zien we vrijwel altijd een mooi verloop van 'lichtste' grond (donkerblauwe zone) naar de 'potentieel hoogste bodemvruchtbaarheid' (rode zone). Dit wordt nu dus onderbouwd met data waarmee we dan ook kunnen werken richting een optimaal evenwicht. Deze verhoudingsgetallen zeggen alles over de actuele bodemprocessen die op dat moment draaien in vergelijking met beschikbaarheidsgetallen (die veel meer vanuit een gewas redeneren). Overigens zijn beide nuttig, echter praten we hier over het optimaliseren van het evenwicht voor de fundering (van het "bodemhuis") waarin de biologie optimaal functioneert, waarna vanzelf de beschikbaarheid omhoog gaat. Kijk maar eens naar de volgende grafiek:
In bovenstaande grafiek is goed te zien dat een optimale (Ca:Mg) Calcium / Magnesium verhouding leidt tot een veel groter stikstofleverend vermogen van deze grond. De actueel gemeten verhoudingen tussen de zones varieert behoorlijk, waarbij we hier de hoogste en laagste waarden in de grafiek laten zien. Dus actueel is er op dit perceel een verschil in stikstoflevering van 50 kg N (tussen donkerblauwe zone en rode zone) maar is er een potentieel om naar 200 kg N te groeien als we de bodem in een beter evenwicht weten te brengen.
Er ontstaat dan niet alleen een actievere bodem die meer stiktstof levert, maar we verkleinen ook de verschillen in stikstoflevering binnen het perceel omdat we precies weten hoe we elke zone moeten corrigeren om dit te bereiken. Dus het evenwicht wordt ook letterlijk hersteld in kwaliteit. Dit alles resulteert uiteindlijk ook in veel betere opbrengst met minder externe input.
3) Het toepassen van de juiste producten en hoeveelheden
Nu we weten wát de variatie (ook in bodemdata) binnen het perceel is, kunnen we bepalen welke aanbevelingen en adviezen er nodig zijn om elke zone in evenwicht te brengen. Hieruit volgt dan een zogenaamde taakkaart die wij in onze online portal zelf genereren. U zult begrijpen dat we dit evenwicht niet altijd in één seizoen kunnen herstellen maar in drie en in extreme bodems in vijf jaar zien wij echt structurele veranderingen plaatsvinden. Belangrijk is dan wel dat we de juiste meststoffen (kalktypen e.d.) gebruiken omdat er rekening gehouden moet worden met de vele bodemprocessen en interacties. Ook bevelen wij aan om jaarlijks de situatie te monitoren middels bodemanalyses, om zo jaarlijks het advies te finetunen (waarbij o.a.rekening gehouden wordt met nog werkende kalkgiften).
TIP: zorg dat er in de nazomer, begin herfst duidelijk is welke kalktype en welke hoeveelheden er nodig zijn voor correcties. Wij zien de afgelopen jaren dat er juist in deze periode nog goed gewerkt kan worden op het land. Neem dan nieuwe monsters in januari/ februari (altijd vóór de eerste drijfmestgift) zodat er een nieuw bodemmanagmentplan gemaakt kan worden voor dat volgende seizoen.
In dit complexe spel van adviezen berekenen, ervaringen opdoen op de vele grondtypen en het analyseren van de samenstelling en reactiviteit van vele kalktypen die in Nederland gebruikt worden, heeft Healthy Soil vele jaren geïnvesteerd in opleiding en onderzoek. Hierdoor zijn we nu in staat om aan te geven wat wel en niet werkt en hebben wij een service ontwikkeld waarbij we de loonwerker (vaak uitvoerder) en de boer (opdrachtgever) ontzorgen. Op basis van de bodemscandata en de bodemanalyses kunnen wij de juiste digitale taakkaart aanleveren, die gelezen kan worden door elke specifieke strooimachine, zodat elke EC-zone de juiste meststofdosis ontvangt.
4) Gezonde gewasgroei met de juiste aanvullingen
Nu de fundering is gelegd (in de maak is) voor het "bodemhuis van de biologie" volgt de stap om haar 'bewoners' te verzorgen met het uiteindelijke doel een gezond en productief gewas van hoge kwaliteit te telen. Feitelijk is dit wat we meestal onder bemesten verstaan: 'Datgene aanvullen wat de bodem (nog) niet kan leveren". Belangrijke vraag is dan; 'wat is het doel?' Is dit enkel kilo's produceren (bulk) of gaan we voor kwaliteit? Willen we deze bodem over vijf jaar ook nog volop in productie hebben of is het huurland? Vele vragen die een rol spelen bij de input van meststoffen die zowel voor de bodem als voor het gewas hun functies hebben. Want besef goed dat álle input (elke kg mineraal die we aankopen) in dienst moet staan van vooral de bodem als als ook de gewasvoeding. Veel producten in de markt richten zich vooral op de gewasvoeding zonder enige bijdrage aan de kwaliteit van de bodemprocessen.
Vraag ons gerust om meer informatie over deze stap of kijk eens op andere artikelen die we hier al over hebben geschreven.
Uiteindelijk geven stap 1 t/m 4 een perfect inzicht in de huidige staat van uw bodem en waar we nog aan moeten sleutelen voor een beter evenwicht. Besef dus dat dit complexe spel een samenwerking is tussen bodemprocessen, input van meststoffen en gezonde gewasgroei.
Bovenstaand plaatje is een actuele situatie van een eerste jaar waarin een bodemscan (met bodemdata) de verschillende zones inzichtelijk heeft gemaakt. Ook worden de representatieve bemonsterpunten van elke EC-zone aangegeven. De middelste foto (dronebeeld in juni) laat goed zien waar de verschillen in gewasgroei zitten. De bodemscan (links) laat goed zien dat de betere gewasgroei samenvalt met de EC zones met een potentieel betere bodemvruchtbaarheid (oranje en rood). Door de verschillen in bodemkwaliteit te corrigeren zullen gewaskwaliteit en opbrengst toenemen en de variatie in kwaliteit en opbrengst tussen de EC zones afnemen in de komende jaren. Verschillen in gewasgroei corrigeren op basis van gewas- en dronebeelden zullen echter niet tot de gewenste resultaten leiden.
Het mooie van de vaste bemonsterpunten is dat bodem- en gewaskwaliteit over de jaren heen gemonitord kan worden.
Belangrijke opmerking: Het opbrengstkaartje (rechts) geeft dus een mooie bevestiging van de huidige situatie maar het geeft geen inzicht in het waarom! Wij zien momenteel veel loonwerkers die met dergelijke opbrengstkaartjes werken maar je bent feitelijk de spiegel van het resultaat van bodem- en gewasprocessen aan het bekijken zonder de onderliggende oorzaken te kennen. Laat staan de juiste conclusies voor de klant te trekken. Dit resulteert dan ook vaak in niet meer dan een advies ten behoeve van gewasgroei om meer of minder te bemesten op bepaalde plekken. Met de opgedane bovenstaande kennis nu zult u begrijpen dat dit toch iets anders in elkaar steekt.
Wees jezelf bewust van de verschillen tussen bodemvoeding en gewasbemesting!
5) Gezonde dieren, gezond bedrijf
Deze laatste stap is feitelijk een gevolg van de eerste vier. Als we deze goed uitvoeren en we zien de bodem weer actief worden, meer mineralen leveren, beter de drijfmest incasseren en benutten, het organische stof gehalte weer zien stijgen en kwaliteit van het ruwvoer weer toenemen, dan is het van belang dat we dit eindproduct dus ook goed managen in de volgende schakels op het bedrijf. Hierin zijn wij altijd groot voorstander om dit gezamenlijk met de andere specialisten op het bedrijf te doen. De finetuning van het rantsoen, het bewerken en behandelen van de mest zijn weer cruciale factoren die later via de bodem weer een grote rol spelen.
Het begrijpen van elkaars specialisme is hierin de sleutel. Een goede samenwerking tussen boer, bodemspecialist en ruwvoerspecialist zullen deze finetuning goed moeten afstemmen. Alleen dan volgt er uit gezonde dieren ook een gezond bedrijf.
Heeft u vragen naar aanleiding van dit nieuwsitem laat het ons gerust weten. Momenteel (okt-febr) breekt de periode aan dat we weer volop met onze bodemscanners het veld in gaan en we de bodemmanagement plannen gaan opstellen.
We begrijpen dat deze, in basis simpele 5 stappen wellicht pittig zijn om in één keer te doorgronden. Er schuilt, zoals u heeft kunnen lezen een enorme hoeveelheid kennis van bodemprocessen en interacties achter. Daarom hebben wij deze methodiek en kennis ook ondergebracht in een Boeren-Bodem-Cursus. Hiermee nemen wij u in drie dagdelen mee door deze gehele materie. Klik hier om daar meer over te weten en/of u direct aan te melden.